Zijn benoeming gaat in op 1 januari 2020 en duurt een half jaar. Van der Meer zal het waarnemend presidentschap combineren met zijn huidige functie bij het gerechtshof.
Hij gaat twee dagen per week aan de slag bij de rechtbank en drie dagen bij het gerechtshof. Zijn benoeming volgt op het vertrek van Maria van de Schepop als president van de rechtbank.
De belangrijkste opdracht van Van der Meer is het verbeteren van de verbinding tussen bestuur en medewerkers en het versterken van de samenwerking binnen de organisatie. Hij laat een onafhankelijk extern onderzoek uitvoeren naar de ontstane situatie binnen de rechtbank. Er zou een slechte werksfeer en een angstcultuur heersen.
Ook gaat Van der Meer de werving van een definieve president van de rechtbank Noord Nederland voorbereiden.